Een Access Point, vaak afgekort tot AP, is een apparaat dat een draadloze internetverbinding mogelijk maakt. Het fungeert als een brug tussen bedrade en draadloze netwerken. Dit betekent dat het signalen ontvangt van een bedrade router of modem en deze omzet in draadloze signalen, en omgekeerd. Zo kunnen apparaten zoals smartphones, tablets en laptops draadloos verbinding maken met het internet of een lokaal netwerk.
Access Points zijn vooral nuttig in grote ruimtes of gebieden waar een enkele router niet voldoende dekking biedt. Ze kunnen worden gebruikt om het bereik van het draadloze netwerk te vergroten, zodat gebruikers overal in het gebouw of de ruimte een sterke en stabiele verbinding hebben.
Een belangrijk verschil tussen een router en een Access Point is dat een router een netwerk kan creëren en beheren, terwijl een Access Point alleen bestaande netwerken uitbreidt. Access Points bieden geen netwerkadressering of firewallfunctionaliteiten zoals routers dat doen.
Bij de installatie van Access Points is het belangrijk om de juiste locatie te kiezen voor optimale dekking en prestaties. Ze moeten strategisch worden geplaatst waar het signaal zwak is, maar nog steeds binnen het bereik van de router.
Access Points zijn essentieel in moderne netwerken, vooral op plaatsen waar veel draadloze apparaten worden gebruikt, zoals in kantoren, scholen, of grote woningen. Ze zorgen voor een naadloze, snelle en efficiënte internetverbinding voor alle gebruikers.